Cao-coördinator Zakaria Boufangacha:

“Stop de race naar beneden”


Nederland is koploper in Europa als het om flexwerk gaat. Ruim een op de vier werknemers heeft een onzeker contract. Een van de speerpunten van het FNV Offensief is een einde maken aan de doorgeschoten flex. “We hebben onze eigen agenda. Die is leidend en dat betekent dat we keihard moeten knokken om de race naar beneden te stoppen”, zegt cao-coördinator Zakaria Boufangacha,


Wat bedoel je precies met doorgeschoten flex?

“De afgelopen decennia heeft de politiek werkgevers maximale ruimte gegeven om met goedkope arbeidscontracten te werken. Er zijn tal van constructies en schijnconstructies ontstaan. Veel te veel mensen werken op basis van onzekere contracten. Werkgevers zijn spekkoper, want een flexwerker is tot zo’n 40 procent goedkoper dan een collega met een vast contract. Flexwerk is een verdienmodel voor werkgevers geworden. Het moet dus veel beter worden betaald. Wij vinden dat het een oplossing moet zijn voor ‘piek en ziek’. Zo was het oorspronkelijk ook bedoeld.

Er wordt vaak gezegd: de arbeidsmarkt is veranderd, vaste banen zijn niet meer de norm.

“Onzin. Het meeste werk is nog steeds structureel. Er worden nog steeds structureel hamburgers gebakken, postpakketten bezorgd, havenwerk gedaan en mensen verzorgd. Het is van de gekke dat met de huidige krapte op de arbeidsmarkt er in veel sectoren nog uitzendkrachten of mensen met een oproepcontract rondlopen. Reden: dat is voor werkgevers vele malen goedkoper. Zij willen maximale flexibiliteit en meer winst. Die winsten gaan vervolgens naar de bedrijven en hun aandeelhouders. In werkenden wordt steeds minder geïnvesteerd.”


Wat is het gevolg van de doorgeschoten flexibilisering van de arbeidsmarkt?

“Al dat flexwerk zet druk op vaste contracten. Werknemers worden elkaars concurrenten. En mensen met een onzeker contract zijn kwetsbaar, hebben een onzekere toekomst en nauwelijks perspectief. Ze hebben vaak geen fatsoenlijk loon om van te leven, te wonen en hun kinderen een goede toekomst te bieden. Ze zijn kwetsbaar, chantabel en voor ons als vakbond lastig te organiseren. Bovendien zijn veel schijnzelfstandigen niet in staat zich te verzekeren tegen arbeidsongeschiktheid en een pensioen op te bouwen. Het draagvlak onder allerlei collectieve voorzieningen wordt ondermijnd. Ik wil hierbij wel zeggen dat veel schijnzelfstandigen hiertoe gedwongen worden en niet moedwillig op deze manier werken. Het stomste dat je kunt doen is hun hiervan de schuld te geven. Het is de politiek die dit mogelijk heeft gemaakt. Politieke keuzes hebben deze arbeidsmarkt veroorzaakt.”


Dit kabinet wil de arbeidsmarkt meer in balans brengen. Er ligt een wetsvoorstel dat afspraken in het regeerakkoord uitwerkt over flexibele arbeid, het ontslagrecht en premiedifferentiatie voor de WW. Is de Wet arbeidsmarkt in balans de oplossing?

“Absoluut niet. Toen ik de eerste woorden in het regeerakkoord las, werd ik enthousiast. Er werd gesproken over doorgeschoten flexibilisering en dat arbeid niet langer een verdienpost voor werkgevers mag zijn. Mooi, dacht ik. Maar toen ik over de voorgenomen maatregelen las om dit voor elkaar te krijgen, keerde mijn enthousiasme. De keuzes die nu worden gemaakt in het wetsvoorstel werken averechts. In plaats van dat flexibele arbeid duurder wordt, wordt vast minder vast. Mensen met een onzeker contract worden nóg langer aan het lijntje gehouden. Ze kunnen nu drie contacten in drie jaar krijgen. Dat was twee jaar. De proeftijd gaat naar vijf maanden. En de ontslagbescherming wordt aangetast (zie ook het artikel over het ontslagrecht red). Nu moet een werkgevers nog een goed verhaal en dossier hebben om iemand te ontslaan. Met dit wetsvoorstel kun je zóveel halve en onduidelijke gronden aangeven; dat maakt het een stuk makkelijker van mensen af te komen. En ze eventueel op een onzeker flexcontract terug te nemen. Enige positieve punten zijn dat de transitievergoeding voor iedereen geldt én dat werkgevers meer premie betalen naarmate ze meer mensen op onzekere contracten in dienst hebben.”


De FNV is op 13 januari dit jaar een Offensief gestart tegen de race naar beneden. Op 31 mei vindt een manifestatie plaats voor en door de vakbondsleden in de regio Rotterdam, West-Brabant en Zeeland. Wat wil de FNV?

“Wij willen een eerlijke en fatsoenlijke arbeidsmarkt met een gelijk speelveld. We moeten keihard knokken voor een arbeidsmarkt met echte banen, met goede loonsverhogingen, zonder onderlinge concurrentie tussen werkenden. Pensioenen moeten weer worden geïndexeerd en de AOW-uitkering moet worden verhoogd. Voor zware beroepen moet een regeling komen. En uitkeringsgerechtigden hebben recht op een verhoging van het sociaal minimum.”


Maar legt dat de flexibele arbeidsmarkt aan banden?

“Flexwerk is een veelkoppig monster dat je niet zomaar uitroeit. Het kabinet is niet van plan in te grijpen. Daar hoeven we dus niets van te verwachten. Maar we hebben het onderwerp wél op de agenda gekregen. De Nederlandse Bank en het IMF hebben het nu ook over doorgeschoten flex in Nederland. En dat er te weinig geld naar werknemers gaat. Aanvankelijk waren we een roepende in de woestijn. Nu hebben zelfs rechtse partijen het er over; we hebben het echt op de kaart gezet. Er ontstaat ook steeds meer verontwaardiging in de maatschappij dat ondanks de economische groei en een krappe arbeidsmarkt mensen nog steeds op flexibele contacten werken en dat de lonen nauwelijks omhoog gaan.

Het is belangrijk dat we als FNV mensen bewust maken van wat er aan de hand is. Wij staan met onze voeten in de klei. Wij weten wat er speelt op de werkvloer als het gaat om werkdruk, kwaliteit van werk en doorgeschoten flexibilisering. We hebben een eigen agenda die leidend is voor wat we doen. De tijd van brandjes blussen is voorbij.”


Hoe gaat de FNV dat aanpakken?

“De race naar beneden moet stoppen. We bouwen aan een sterkere vakbondsmacht. En komen in actie waar dat moet. Op Schiphol hebben we bijvoorbeeld laten zien dat we er zijn. Daar zijn we volop bezig mensen in kwetsbare posities te organiseren. Werknemers met uitzend-, minmax- en oproepcontracten gaan daar samen met vaste werknemers de strijd aan voor betere arbeidsomstandigheden en een hoger loon. Ook in het streekvervoer laten we zien dat deze politieke wijze van aanbesteden de race naar beneden verder versterkt. En dat chauffeurs het niet meer pikken dat ze zo worden afgeknepen zodat ze zelfs geen plaspauze hebben. We maken de effecten van politieke keuzes zichtbaar. En dat doen we samen met onze leden. Solidariteit tussen werknemers met een vast en onzeker contract is van levensbelang. Het gaat om de arbeidsvoorwaarden van allemaal.”


Zie ook de reactie van de FNV op het wetsvoorstel Wet arbeidsmarkt in balans (Wab).

Lees met over het FNV Offensief.